Oude mensen in Enter wisten omtrent het midden van de vorige eeuw nog te vertellen dat er vroeger een kapel in Enter was geweest. Deze kapel moest gestaan hebben op “Stoffershöfken” nu hoek Werfstraat/Schippersstraat.
Streekhistorici hadden er al vaak melding van gemaakt dat er omstreeks het midden van de 14e eeuw een kapel in Enter was gesticht zonder te vermelden hoe ze aan die wijsheid waren gekomen.
Gerrit Kraa, oud bestuurslid van de Oudheidkamer, heeft wat meer klaarheid gebracht in deze geschiedenis.
“In de notulen van de classis Deventer werd in 1636 melding gemaakt van de (in de Tachtigjarige Oorlog) verwoeste kapel. Het Katholieke volksdeel van Enter bezocht, als een soort bedevaart, de verwoeste kapel nog regelmatig. De classis wilde hiertegen optreden omdat alle uiterlijke kenmerken van het Katholieke geloof toen streng verboden waren.”
Dus er was in ieder geval een kapel geweest vòòr de in 1709 gestichte Protestantse kerk. Maar waar had die gestaan en wanneer was die gesticht?
Het in 1820 gebouwde R.K. Waterstaatskerkje aan de Dorpsstraat waar nu het parkeerterrein naast de R.K. kerk is. |
Uit oude oorkonden uit het huisarchief van de heren van Almelo valt te lezen dat er tot het midden van de 14e eeuw in Enter een adelijk geslacht is geweest. Het waren borgmannen van de heren van Almelo. In geval van oorlog moesten ze militaire bijstand als ridder of knape verlenen. Hier tegenover genoten ze bescherming van de heren van Almelo. Telgen uit dit oude Enterse riddergeslacht hadden ook al lang aanzienlijke functies in geestelijke instellingen bekleed. Als eerste hiervan komen we tegen Arnoldo de Ennethere in 1134 tot in 1339 Hermannus de Enthere als procurator van de proosdij van Vreden. Op de plaats waar later de gebouwen van de Coöperatie verrezen stond toen dat edelmanshuis. De naam Hardenberch (sterke burcht) herinnerde in 1475 op die plek hier nog aan.
Dit geslacht heeft de kapel gesticht in Enter want dat een handjevol armlastige boeren dat toen gedaan heeft is vrijwel uitgesloten. Of het in de 14 e eeuw is geweest kunnen we niet aantonen. De plaats is wel zeker dat was waar nu
de Ned. Herv. Kerk staat midden op de brink.
Maar wat was dan de kerk op “Stoffershöfken” geweest? De overlevering had het in dit geval wel goed maar het was niet de oude “St. Teuniskapel” die daar gestaan heeft.
Van het midden van de Tachtigjarige Oorlog tot aan de Franse Tijd was de Katholieke godsdienst verboden. Maar kort daarvoor was de stemming in overheidskringen al veel milder. In 1787 kreeg het Katholieke volksdeel van Enter toestemming om een schuurkerk te bouwen. Veel stelde het niet voor. Een houten gebouw met stroo gedekt en de zijkanten mochten maar “drie pannen” hoog zijn. Molenaar Frans Lokamp en Arend Borgerink waren de initiatiefnemers. Arend Borgerink stelde een stukje grond beschikbaar.
In een boedelbeschrijving van het erve Borgerink (waar later de Coöperatie verrees) uit 1823 lezen we het volgende.: “perceel 1. Een huis en brouwerij gelegen tussen Harmsel- en Woltersstege, perceel 2. Een hof achter perceel 1 waarop de Roomsch Catholijke Kerk heeft gestaan.” Dit was dus het later genoemde “Stoffershöfken”.
Na d